Het zal weinigen zijn ontgaan dat voetbalclub SJVV uit de Sint-Jozefparochie dit jaar zijn 75-jarig jubileum viert. Maar wat minstens zo bijzonder is, zijn de drie leden die er vanaf het eerste uur bij zijn. Onder hen de 85-jarige Dick van Goch.
Eigenlijk was Van Goch in 1948 nog iets te jong om ‘op voetbal’ te mogen. Officieel kon de jeugd zich inschrijven vanaf 10 jaar. Maar omdat hij heel graag wilde, schreven zijn ouders hem in onder de naam van een broer. Inmiddels viert hij zijn albasten jubileum bij SJVV.
Hechte band
“Ik ben wat ze noemen ‘rustend lid’. Ik voetbal al niet meer sinds 1983, maar ik ben gewoon bij de club gebleven. Dat vind ik normaal, net als bij de carnavalsvereniging van de Sint-Jozef.” Het zegt veel over de band die de Deurnenaar nog steeds voelt met ‘de parochie’, ook al woont hij al lang in een andere wijk.
In de beginjaren was de relatie tussen de voetbalvereniging en de familie Van Goch sowieso hecht. Vader Bernard zat in het bestuur, broers Toon, Jo en Dick speelden er en moeder Van Goch deed ‘wat nodig was voor de club’.
‘De moeder van de club’
“Ons mam werd ook wel eens ‘De moeder van de voetbalclub’ genoemd. Toen er nog geen clubhuis was, kwamen veel SJVV’ers bij ons thuis. Het was de zoete inval. Ze deed van alles, bijvoorbeeld ook het wassen van de tenues.”
Het had weinig gescheeld of de jonge Dick was in Venlo gaan voetballen, zijn vader stak daar echter een stokje voor. “Toen ik in dienst zat, speelde ik in een militair elftal. Daar zat Martin Koeman, de vader van Ronald en Erwin, bij. Hij vond mij zo goed dat hij mij doorverwees naar de trainer van VVV-Venlo.”
Streep door betaald voetbal
De brief die de start van Van Gochs betaalde voetbalcarrière had kunnen betekenen, werd verscheurd door zijn vader. “Mijn vader vond het geen goed idee. Hij had destijds een kruidenierszaak, bakkerij en kolenhandel in de parochie. Hij was bang dat als ik in Venlo ging voetballen, dit klanten zou kosten.”
En dus bleef de 19-jarige gewoon bij SJVV waarmee hij kampioen werd in 1958. De foto van het kampioenselftal heeft hij speciaal voor het DMG-interview opgeduikeld. Net als enkele vergeelde krantenartikelen en een reeks speldjes die hij ontving bij elk jubileum.
Vurige wedstrijd
In de periode dat de Deurnenaar bij de junioren en senioren actief was, had hij zelden last van blessures. Toen hij echter bij het veteranenelftal zat, ging het in 1983 tijdens een toernooi goed mis.
“Het was een vurige wedstrijd. Ik werd hard tegen mijn knie geschopt en daardoor zijn mijn bloedvaten beschadigd. Ze konden het niet opereren. Sindsdien draag ik een elastische steunkous om dat been.”
Saamhorigheid
Het is een minder leuke herinnering aan zijn voetbaljaren, maar de tachtiger staat vooral het saamhorigheidsgevoel bij dat sterk aanwezig was in de jaren vijftig en zestig. “Er gingen toen ooit vier bussen vol bewoners mee naar wedstrijden. Dan zat er echt veel volk. Dat was heel gezellig. Iedereen in de parochie leefde mee.”
Vanwege zijn langdurige lidmaatschap bij twee lokale verenigingen kent Dick van Goch ‘nagenoeg iedereen’ in de Sint-Jozef. Het was dan ook feest der herkenning toen hij in juni gehuldigd werd, samen met zijn broer Toon. “Het was een mooi moment. Het speldje bewaar ik bij de andere.”
Foto’s: Monique Biemans