Deurne en omgeving kent een fors aantal liefhebbers van klassieke auto’s. Voor de zomerrit van de Deurnese Oldtimer Club (DOC) verzamelden zich zo’n tachtig deelnemers op de markt afgelopen zondag. De een noemt zijn exemplaar ‘een van de mooiste ter wereld’, de ander maakt hem juist bewust ‘zo lelijk mogelijk’.
De meeste auto’s staan, met dank aan de parkeerbegeleiders van DOC, keurig opgesteld op het plein voor het Deurnese stadhuis. Als af en toe het zonnetje doorkomt, schitteren de grondig gepoetste bolides, behalve die van Dirk Weijnen. Die is mat legergroen en deels roestkleur.
Zo lelijk mogelijk
“Die roestige motorkap heb ik zo geverfd”, vertelt de Helmonder over zijn Mercedes C180. “Dat valt lekker op. Ik heb er helemaal mijn eigen ding van gemaakt. Van buiten is hij zo lelijk mogelijk, maar op technisch gebied zo goed mogelijk.” 
Weijnen sleutelt zelf aan zijn trots uit 1996. Pas geleden verving hij het complete remsysteem. Aan het uiterlijk voegt hij steeds weer nieuwe ‘tierlantijnen’ toe, zoals hij de opvallende details noemt.
De auto is onder andere voorzien van een led-strip in de grill, een knuffel eekhoorn aan de bumper en een oranjekleurig zwaailicht op het dak. Het dashboard is bezaaid met buitenlandse munten.
Gedachtespinsel
“Ik kreeg een pot munten van een vriend en vond het wel leuk om ze hierop te plakken. Dat is gewoon een gedachtespinsel van mij.” Zo heeft de chauffeur annex monteur wel vaker ingevingen die hij terug laat komen in zijn voertuig. Het zwart-wit geblokte dak, met zwarte krijtverf, is er een van.
Laurens van Dijk is iemand die zijn oldtimer juist zo oorspronkelijk mogelijk wil houden. De Deurnenaar is sinds een jaar in het bezit van een zilvergrijze MG A MKII. Hij straalt als hij vertelt over zijn sportauto uit 1960.
“Dit is een van de mooiste van dit model ter wereld. Hij is compleet gerenoveerd. Ik heb een boek erbij gekregen van de restauratie. Nu is het een kwestie van goed onderhouden en lekker rijden.”
Met gevoel rijden
Dat rijden was in eerste instantie nog niet zo makkelijk, verhaalt Van Dijk. “Er zit bijvoorbeeld geen stuurbekrachtiging op zoals je gewend bent van moderne auto’s. En je mag hem pas in de eerste versnelling zetten als ‘ie helemaal stil staat. Je moet met gevoel leren rijden.”
Vandaag is het de eerste keer dat de Deurnenaar de MG meeneemt voor een rit van de Deurnese Oldtimer Club. De tocht gaat dit keer door het Land van Cuijk en bedraagt zo’n honderd kilometer. Onderweg kunnen vragen worden beantwoord over objecten die de rijders tegenkomen of over de historie van plaatsen.
Gezellig met gelijkgestemden
De meeste deelnemers is het niet te doen om de prijzen die eraan gekoppeld zijn, maar om de gezelligheid. Dat geldt ook voor Piet van Bakel die een zwarte Jaguar E-type uit 1966 bestuurt. “Deze auto is pure hobby. Ik rij er ongeveer één keer per maand mee.”
Aan de ritten van de Oldtimer Club neemt de Deurnenaar regelmatig deel. “Het is leuk om met gelijkgestemden te rijden. Daarna doen we vaak nog een biertje op de Markt.” Maar niet zonder zijn Jaguar weg te brengen en op de fiets terug te keren. Het is ten slotte niet zomaar een auto.
Foto’s: Harold van der Burgt
