Angelika Poels uit Deurne wist als jong meisje al dat ze kunstenares wilde worden. Dat is haar uiteindelijk gelukt en ze exposeert haar kunst momenteel in onder meer Barcelona. De beeldend kunstenaar werkt als ZZP’er, maar hoopt opgepikt te worden door een galerie waar ze permanent kan exposeren. Poels vertelt over haar drive om te creëren, onbegrip vanuit haar omgeving en het maakproces: “Het mooie van kunst is dat je er je eigen invulling aan kunt geven. Het is altijd goed.”
Poels maakt beeldende kunst. “Mijn werk zou ik omschrijven als modern en niet alledaags. Vaak is het niet voor de grote massa. De onderwerpen die ik behandel zijn niet doorsnee en gaan vaak de diepte in. Een stilleven of een portret hoef je niet snel van mij niet te verwachten, want die onderwerpen bieden me minder uitdaging”, vertelt ze.
De Deurnese geeft kunstlessen in haar atelier. Haar missie is om te kunnen blijven leven van haar kunst. Bij het verwezenlijken van die ambitie komt heel wat kijken: “Je werk moet je ook zien te verkopen. Mensen moeten je weten te vinden. Dat betekent dat je reclame voor je kunst moet maken en ervoor moet zorgen dat je jezelf in de kijker speelt. Via social media en exposities probeer ik op te vallen en een galerie te vinden.”
Mooi opstapje
In Barcelona exposeert Poels in een galerie zonder vaste kunstenaars. Dat betekent dat zij zich in feite moet inkopen om haar werk daar te laten zien. “Bij een vaste galerie maak je onderdeel uit van de stal van een galeriehouder. Je werkt dan echt met hen samen. Zij nemen de marketing en verkoop van je over, zodat jij meer tijd hebt om te creëren.”
In Barcelona werkt dat anders. “Bij deze galerie moet je een entreebedrag betalen om deel te nemen en vervolgens 35 procent van je omzet afdragen. Maar het kan een mooi opstapje zijn. Je speelt jezelf in elk geval in de kijker”, zegt de Deurnese.
Hard werken
Het is een droom van Poels om een vaste galeriekunstenaar te worden en om in musea te exposeren. Er komt volgens haar nog heel wat bij kijken om jezelf kunstenares te noemen. “Het kan heel frustrerend zijn het is hard werken, maar dat geldt, denk ik wel voor elk beroep”, stelt ze.
Er bestaan nogal wat vooroordelen over het kunstenaarschap, weet Angelika. Vooral abstracte kunst moet het ontgelden wegens ‘te moeilijk’. “Je hebt ook de uitspraak dat ‘een kleuter van zes het beter kan’. Die kreten ken ik, maar die komen uit de mond van mensen die zich niet zo goed in kunst hebben verdiept. Maar er is hoop, want kunst kijken kun je leren”, verduidelijkt Poels.
Eigen invulling
Het werk van de kunstenares snijdt vaak een bepaalde thematiek aan. Ze wil mensen aan het denken zetten: “Er speelt zoveel in onze maatschappij. Kunst is een manier om me te uiten en mijn visie over uiteenlopende onderwerpen te delen. Als ik een kunstwerk af heb, is het van het publiek en niet langer van mij. Wat ik voor ogen heb met mijn werk, hoeft niet dezelfde visie te zijn van het publiek.”
Kunst is onlosmakelijk verbonden met het leven van Poels. Maar de vraag is van wie ze dat heeft. “Mijn familie is niet zo creatief. Op jonge leeftijd voelde ik me vaak een beetje onbegrepen. In mijn nabije omgeving stuit ik wel eens op onbegrip, omdat ik graag mijn mening geef. Dat vind ik niet erg. Ik merk dat ik vaak anders denk over bepaalde zaken. Dat is denk ik kunstenaars eigen”, zegt ze.
Dankbaar
Kunst is haar dus niet met de paplepel ingegoten: “Eigenlijk heb ik alles zelf moeten uitvinden. Als kind wilde ik al graag dingen creëren. Zo was tekenen een grote passie van me. De drive om kunst te maken, brandde altijd al in me. In mijn puberteit was het vlammetje minder fel, maar op een gegeven moment keerde het weer terug. Ik wist wat ik wilde doen. Toen ik 21 jaar was, behaalde ik de Propedeuse aan Hogeschool Tekenen in Tilburg. Uiteindelijk heb ik in België een deeltijdopleiding gevolgd en besloot ik om per 2012 kunstenares van beroep te worden.”
Beeldend kunstenaar is geen standaardberoep. Iets wat Poels regelmatig merkt als ze in het dorp loopt. “Regelmatig merk ik dat mensen om me heen niet weten wat ik precies doe en denken dat ik een hobbyist ben. Dat is dus niet zo. Ik ben blij dat het me gelukt is om van mijn roeping mijn beroep te maken. Daar ben ik enorm dankbaar voor.”
Foto’s: Angelika Poels