Een voorbijganger heeft zaterdagochtend vier lachgasflessen aangetroffen in de buurt van de parkeerplaats van de wegkapel van het Sint Antonius Abt Hof aan het Haageind in Deurne. Er is door de vinder van de flessen geprobeerd melding te maken van de dumping bij verschillende instanties, maar deze waren in het weekend niet bereikbaar of wilden de cilinders niet ophalen.
“Ik heb in eerst instantie de gemeente gebeld, maar die zijn in het weekend niet aanwezig”, vertelt de voorbijganger. “Daarna heb ik een melding gemaakt in de Beter Buiten App, maar daar is in het weekend ook geen bezetting. Uiteindelijk heb ik de politie gebeld. Die gaf aan dat zij dit soort zaken niet op komen halen. Of er nu nog iets mee gebeurt is voor mij een raadsel. Het lijkt mij in elk geval niet echt veilig dat die flessen nu vol in de zon blijven liggen met de huidige temperaturen.”
Milieustraat
Sinds het lachgasverbod dat op 1 januari 2023 inging, worden lachgastanks of –cilinders regelmatig gedumpt in de natuur of bij het restafval gegooid. Lachgasflessen moeten officieel naar de milieustraat worden gebracht. Daar kunnen ze veilig worden opgeslagen en afgevoerd. Werknemers van de milieustraat mogen de lege lachgascilinders innemen, omdat het dan gaat om afval en niet meer om drugs.
Door cilinders en tanks in de natuur achter te laten of bij het restafval te gooien, kunnen er ongelukken gebeuren. Lachgasflessen vallen onder de regels van gevaarlijk afval en mogen niet in het gewone afval terechtkomen.
Ontploffingen
In gevallen waar dit toch gebeurt, ontstaan bij afvalverwerkingsbedrijven regelmatig gevaarlijke situaties. Het afval wordt daar vermalen en verbrand. Wanneer zich daar cilinders en tanks tussen bevinden, komen deze onder druk te staan en ontploffen de lachgasflessen.
Een explosie van een tank kan medewerkers bij de afvalverwerking ernstig verwonden. Ook raken containers, vuilniswagens en andere machines vaak beschadigd. Hierdoor kunnen bedrijven het andere afval niet verwerken. Dit zorgt weer voor vertraging en hoge kosten.
Foto: Dave van Hattem
