Het monumentale Smitsorgel in de Deurnese Sint Willibrorduskerk staat zaterdagmiddag in de spotlight. Dan wordt het enorme instrument uit 1838 bespeeld door zeven leden van het ‘Orgelpracticum’. Voorafgaand aan het concert kan het orgel worden bekeken en geven de organisten uitleg over het muziekinstrument.
In het kader van de Open Monumentendag is de kerk zaterdag geopend van 12.00 tot 17.00 uur. Het optreden van het ‘Orgelpracticum’ vindt plaats om 16.00 uur. Het repertoire bestaat uit laatromantische en moderne muziek.
Gewelvenzolder
Ook de rest van de kerk kan zaterdagmiddag worden bezichtigd. Naast het Smitsorgel zijn er onder meer het beschilderde netgewelf, de heilige beelden, glas-in-loodramen en het Drieluik van Wiegersma te zien.
In de middeleeuwse monumentale kerk kun je daarnaast een bezoekje brengen aan de gewelvenzolder met vijftiende-eeuwse kapconstructie. Vanaf hier kun je over Deurne uitkijken. De gewelven zijn tijdens het Open Monumentendag-weekend gratis toegankelijk. Als bezoeker loop je over een bruggenstelsel dat zweeft tussen het oude dak van vóór 1881 en het verhoogde dak dat architect Pierre Cuypers later maakte.
Paus Alexander II
De geschiedenis van de kerk gaat helemaal terug naar het jaar 1069. Toen werd de voorloper van de huidige kerk al genoemd in een oorkonde van paus Alexander II. Buiten op het bordes is een plaquette ingemetseld die een beeld schetst van het kleine kerkje dat er toen al was en in Romaanse stijl was gebouwd.
Waarschijnlijk stond het op de plek waar nu het middenschip is. Op de plattegrond is te zien hoe het gebouw in de loop der eeuwen gegroeid is van kapelletje naar de huidige grote kerk. Een belangrijke uitbreiding vond plaats rond 1460 toen het vijfhoekig koor, achterin de kerk, werd toegevoegd. Dit wordt overspannen door een weelderig beschilderd netgewelf dat uniek is voor de regio.
Houten klapdeurtjes
De verbouwing door Pierre Cuypers heeft ook een grote invloed gehad op het uiterlijk. Hij plaatste onder andere twee zijtorens bij, verbreedde de zijbeuken en verhoogde het dak.
Tijdens die renovaties zijn ook wel eens elementen verdwenen. Met name in de naoorlogse jaren, toen soberheid de toon zette, werd het interieur ontdaan van dingen die men overdadig vond. Rond 1960 zijn bijvoorbeeld de houten klapdeurtjes tussen de kerkbanken verwijderd. Sindsdien is het hout hergebruikt in vele Deurnese huizen.
Grafkelder
Ook heiligbeelden zijn rond die tijd weggehaald. Hiervan zijn er enkele teruggevonden in het gele zand van de grafkelder. Die is pas sinds 2004 toegankelijk voor het publiek en biedt een interessant inkijkje in de Deurnese adel van de middeleeuwen.
Daarin zijn namelijk botresten ontdekt die waarschijnlijk afkomstig zijn van de Heren van Doerne en hun familie. Zij woonden in de vijftiende en zestiende eeuw in het groot en klein kasteel aan het Haageind. Aan een gevonden sluitsteen is zien dat de oudste begraving dateert uit 1462. Ook deze kelder is tijdens het Open Monumentendag-weekend te bezichtigen.
Foto: Josanne van der Heijden