18.1 C
Deurne
maandag 16 september 2024
TOP-BANNER-ANIM-3-SEC
Home- DeurneElke dag 40 kilometer op de fiets voor meester Robert van De...

Elke dag 40 kilometer op de fiets voor meester Robert van De Driehoek; ‘Voor deze baan doe ik dat graag’

De documentaire ‘Dorp zonder school’ over hoe betrokken ouders en docenten gezamenlijk Basisschool De Driehoek in Griendtsveen hebben gered van een dreigende sluiting was donderdagavond voor het eerst op tv te zien. In de film van producent Daan Willekens en regisseur Ellis Smulders is deze spannende tijd vastgelegd. Eén van de hoofdpersonen in de documentaire is de Helmondse Robert van Vegchel: “Op deze school kun je als docent echt het verschil maken.”

De docent fietst elke dag zo’n 20 kilometer van Helmond naar Griendtsveen en aan het einde van de dag dezelfde afstand terug. Een flink stuk, maar het is ‘absoluut geen opoffering’ voor de docent. “Ik houd van fietsen en met mijn tijdritfiets doe ik er ruim een half uur op om thuis te komen. Voor deze baan doe ik dat graag”, vertelt Robert.

Het kleinschalige van De Driehoek spreekt Van Vegchel erg aan. Hij werkt al sinds 1993 in het onderwijs, waarvan hij zich de laatste 24 jaar inzet voor de school in Griendtsveen. “Omdat de school zo klein is, heb je als leerkracht veel invloed. Het voelt ook heel fijn om alle kinderen zo goed te kennen en hun hele ontwikkeling te kunnen volgen”, zegt Van Vegchel. “Dat gevoel had ik niet bij de grotere onderwijsinstellingen waar ik hiervoor werkte.”

Zien groeien
Dat ‘kleinschalige’ waar de Robert het over heeft, mag je letterlijk nemen, want soms telt een klas maar vier leerlingen. “Je kunt over het algemeen meer persoonlijke aandacht aan elke leerlingen geven en dat is erg fijn. Het voordeel is dat je de kinderen beter leert kennen en hen ziet groeien”, legt Van Vegchel uit.

De Helmonder geeft les aan ‘vrijwel alle groepen’ op school. “Op maandag en dinsdag geef ik les aan groep 1, 2 en 3. Woensdag is mijn kantoordag en op donderdag en vrijdag begeleid ik groep 4 en 5. Een jaar geleden deed ik dat nog voor groep 7 en 8,” zegt Robert. “Ik stel me flexibel op. Niet iedere leerkracht is in staat om voor elke klas te staan. Een ouderwetse kleuterjuf moet je niet les laten geven aan kinderen van groep 7 en 8.”

Veel indruk
In de afgelopen 24 jaar heeft Van Vegchel heel wat leerlingen voorbij zien komen. Een kind dat veel indruk op hem maakte, vertrok vorig jaar uit groep 8. Op weg naar de grote school. “Die jongen was geschorst van een school die in hem een probleemgeval zag. Een thuiszitter was hij. Hij had iemand geslagen en was van school gestuurd. Het advies aan zijn ouders was om hem naar speciaal onderwijs te sturen. Uiteindelijk is hij na een aantal gesprekken bij ons terechtgekomen. Hij is hier echt opgebloeid en toen hij vertrok was dat echt een emotioneel moment”, vertelt Robert.

De Driehoek kan volgens de docent ‘echt het verschil’ maken: “Als je een kind ten goede ziet veranderen, doet dat wat met je. Vanwege de kleinschaligheid van deze basisschool kunnen we op pedagogisch vlak kinderen echt zien, waardoor ze zich hier snel vertrouwd voelen.”

Niveauverschillen
Hoe kleinschalig De Driehoek is, blijkt goed uit de gymles. Die wordt gegeven aan groep 6, 7 en 8. “Dat betekent dat een jongen uit groep 8 van 1,60 meter en een gewicht van 50 kilo rekening moet houden met kleinere kinderen en zijn spel daarop moet aanpassen. Er zijn zeker niveauverschillen tussen deze klassen”, zegt Robert. “Het lesaanbod wordt afgestemd op de verschillende klassen. Af en toe is dat flink puzzelen. Vooral tijdens de gymlessen dus.”

De kleinschaligheid heeft ook zijn voordelen volgens Van Vegchel: “Juist omdat de school zo klein is, kan het zo zijn dat een kind in een klas terechtkomt met leeftijdsgenoten waar hij of zij niet zoveel mee heeft. Het is niet zo dat er dertig kinderen in een klas zitten. Eerder vier. Als je niet zoveel hebt met je drie klasgenootjes kan dat lastig zijn. Je hebt te maken met een klein dorp. Je ziet dezelfde kinderen ook buiten school, dus is het zaak om je aan te passen. Dat zien we regelmatig gebeuren.”

Van de andere kant is het ook een soort voorbereiding op het volwassen leven, zegt Robert: “In het bedrijfsleven krijg je ook te maken met collega’s waarmee je geen klik hebt. Je zult daar ook mee moeten leren omgaan.”

Geen blinde vlek
Tot anderhalf jaar geleden behoorde De Driehoek nog tot een stichting en kon er gespard worden met andere scholen in de regio Horst aan de Maas. Sinds de basisschool zelfstandig is, is dat voorbij. Op eigen benen staan is spannend en zorgt voor nieuwe uitdagingen. “We zijn nu een eenpitter en moeten oppassen dat er geen blinde vlek ontstaat. Door de samenwerking met andere scholen op te zoeken, willen we voorkomen dat we mogelijke verbeterslagen missen”, zegt Van Vegchel.

De ontwikkelingen waar de school, leerlingen en docenten mee te kampen kregen, zijn vastgelegd in de documentaire ‘Dorp zonder School’. Een film die ‘spontaan’ tot stand is gekomen, zegt Robert: “In het najaar van 2022 kwamen regisseur Ellis Smulders en producent Daan Willekens na een tip van een van de ouders van school bij ons terecht. In eerste instantie om te filmen hoe de school zou moeten sluiten, omdat de overkoepelende stichting dat nodig vond. Later bleek het heel anders te lopen, omdat de ouders besloten om zelf een stichting op te richten en de school over te nemen.”

Romantisch idee
Gedurende een jaar werd De Driehoek gefilmd. “In totaal zijn er twaalf draaidagen geweest waarbij een camerateam op school aanwezig was”, legt Van Vegchel uit. “Het was ontzettend grappig om te zien hoe snel de kinderen aan de camera gewend waren en ‘m bijna vergaten. Op een gegeven moment ‘zie’ je het niet meer en ben je aan de aanwezigheid van de crew gewend. In de film is ook een sollicitatiegesprek met een nieuwe collega te zien. Zij werkt inmiddels alweer twee jaar bij ons.”

De documentaire is al verscheidene keren in Deurne en Griendtsveen vertoond en was donderdagavond op tv te zien bij BNNVARA op NPO 2. Van Vegchel is trots op het eindresultaat, maar heeft wel een kritische kanttekening. Een hele bijzondere, want hij vindt dat de film wel ‘wat kritischer’ mocht zijn: “De documentaire is een geweldige promotie voor onze school en de gemeenschap. Het geeft wel een licht vertekend beeld van de werkelijkheid. Het is een romantisch idee: ouders en docenten die samen een school in stand houden. De realiteit is niet zo sprookjesachtig.”

Landelijke doorbraak
Van Vegchel erkent dat het voor de documentairemakers lastig moet zijn om de mindere kanten van de school te belichten: “Als je te maken hebt met een kind dat niet zo’n fijne aansluiting heeft met zijn klasgenoten, moet je die dan een jaar volgen en in beeld brengen? We worstelen ook met problemen en die komen niet zo goed naar voren. Het is nu vooral een zeer positief verhaal.”

Ondanks een enkel kritiekpunt is de school erg te spreken over de documentaire en over de titelsong. Niemand minder dan muzikant Jack Poels Rowwen Hèze verzorgde met zijn band Nevenproject de tune van de docu. “We gebruiken zijn liedje niet als lesmateriaal op school. Daar zijn meer geschikte liedjes voor. Je hoort mij het openingsliedje van de dag zingen in de film voor groep 1, 2 en 3. Wie weet betekent dit wel mijn landelijke doorbraak”, besluit hij met een lach.

Via de website van de NPO kun je documentaire bekijken.

Foto’s: BNNVARA/CoBO

- Advertentie -
Lees ook

Meest Gelezen