Na weken van voorbereiding opent komende zaterdag in Deurne het pop-up-museum waarin de historie van de CS De Peelstrekels is te zien. Talloze foto’s, krantenberichten, affiches en uiteenlopende carnavalsattributen staan uitgestald in de kelder van Cultuurcentrum Deurne, die vanaf dit weekend tot en met zaterdag 3 februari 2024 fungeert als Peelstrekelmuseum. Twee bijzondere stukken uit de geschiedenis van de carnavalsstichting zijn de oudste scepters die nog bewaard zijn gebleven.
Het zijn kleurrijk versierde en gedetailleerde houtsnijwerken uit 1965 en 1967, die waren bedoeld voor de zevende prins Frans van Kerkhof en de negende prins van de Peelstrekels; Harrie Kuijpers. “Het zijn echte kunstwerkjes waarin heel veel tijd en precisie is gestoken”, zegt Ivan van Oosterhout. Hij is één van de leden van de Commissie Historie & Archief van de Peelstrekels en is de kartrekker van het tijdelijke museum.
Stichtingsscepter
Volgens Van Oosterhout is de totstandkoming van de scepter een bijzondere traditie: “Als een nieuwe prins wordt onthuld, heeft deze in eerste instantie nog geen eigen scepter. Op de eerste prinsenfoto’s zie je altijd de stichtings- of verenigingsscepter. De gepersonaliseerde scepter wordt daarna pas gemaakt, wanneer de familie van de prins informatie heeft doorgegeven aan de sceptermaker over allerlei persoonlijke informatie die in het houtsnijwerk moet worden overgebracht.”
De scepter van prins Harrie Kuijpers die te zien is in het nieuwe museum, komt van de hand van Cis de Vet. De houtbewerkster zorgde tijdens de eerste 10 jaar in het bestaan van de Peelstrekels voor de productie van alle scepters. “Zij had vroeger ook met haar man de antiekwinkel Goossens-De Vet in de Molenstraat in Deurne. Cis is onlangs op 94-jarige leeftijd overleden, maar zij heeft in haar leven voor onze stichting heel mooie kunstwerkjes gemaakt”, zegt Van Oosterhout.
Details
De kersverse pop-up-museumdirecteur wijst ook op de details die in zo’n scepter zijn verwerkt: “Er werd heel veel aandacht besteed aan de kleinste dingetjes. Deze scepter heeft bepaalde kenmerken die natuurlijk te maken hebben met Harrie Kuijpers, waarvoor dit exemplaar bestemd was. Dat zie je in het gebruik van de kleuren die verwijzen naar een groep carnavalswagenbouwers waar Harrie ook bij hoorde. Dat clubje woonde in de Molenstraat, die ze toen ook wel ‘de Meulenpeep’ noemde. Als je goed kijkt op de zijkant van de steek, zie je daar een kleine gestileerde afbeelding van een pijp.”
Door de jaren heen hebben de Peelstrekels verschillende sceptermakers gehad. “Cis de Vet was de eerste. Daarna heeft houtsnijder Ton van Poorten uit de Walsberg het overgenomen en heel lang de scepters voor ons gemaakt tot 2007, toen hij ziek werd. Ton heeft het scepter maken voor de Peelstrekels toen overgedragen aan Theo Sanders die destijds in Veldhoven woonde en heeft hem het eerste jaar ook nog geassisteerd”, vertelt Ivan van Oosterhout.
Politieagent
Hoe persoonlijk zo’n scepter kan zijn, blijkt volgens de museumdirecteur uit één van houtsnijwerken van Sanders, die ook te zien is bij de tentoonstelling in Deurne: “Hij heeft bijvoorbeeld de scepter gemaakt voor prins Hein Albers, die in het dagelijks leven politieagent was. Dat zie je heel mooi terug in die scepter, dat persoonlijke maakt al die scepters dus heel bijzonder en uniek.”
Van Oosterhout legt uit dat een goeie sceptermaker van groot belang is voor een carnavalsstichting of -vereniging. Toch zitten de Peelstrekels op dit moment zonder een vaste vakman of -vrouw voor het vervaardigen van de houten kunstwerkjes. “Theo Sanders is er vlak voor de coronatijd mee gestopt en sindsdien zitten we dus zonder ‘eigen’ sceptermaker. Het is een ambachtelijk vakmanschap dat aan het uitsterven is. Voor de laatste twee scepters is de familie van de prinsen zelf op zoek gegaan naar een houtbewerker. Hopelijk gaat de jeugd ook weer het mooie van dit vak inzien en vinden we in de nabije toekomst weer een eigen sceptermaker”, aldus Van Oosterhout.
Voorlopig houdt hij zich als museumdirecteur vooral bezig met het verleden van de carnavalsstichting. “Komende zaterdag is de officiële opening met de burgemeester. Daarmee luiden we ook meteen het 66-jarig bestaan van De Peelstrekels in. Daarnaast hebben we ook nog hele leuke verrassing voor één van de bezoekers die zaterdag aanwezig is.”
De tentoonstelling wordt zaterdag 18 november om 14.00 uur geopend en is daarna tot en met 3 februari 2024 elke zaterdag van 13.00 tot 16.00 uur te bezichtigen in de kelder van Cultuurcentrum Deurne.
Lees ook: Voorbereidingen Peelstrekelsmuseum leveren verrassende ontdekkingen op
Foto’s: CS De Peelstrekels
