Tienduizend mensen op de been, alle centrumstraten en pleinen vol kraampjes, live muziek, een nieuwe publiekstrekker en vooral veel gezelligheid. Koningsdag in Deurne had alle elementen in zich die zorgden voor een geslaagd oranje feest dat ook publiek van buiten de regio trok.
De Stichting Oranjevereniging Deurne heeft er al heel wat edities op zitten, maar deze spant misschien wel de kroon qua opkomst. “We zijn heel tevreden met het aantal bezoekers en de sfeer”, beaamt voorzitter Jan van de Heuvel. “Ik denk dat er nu meer mensen naar Deurne komen omdat er in de regio verder weinig te doen is.”
Maar niet alleen uit de regio komen bezoekers naar het Peeldorp, ook ver erbuiten. “Ik heb mensen gesproken uit Roermond en zelfs uit Drenthe die hier Koningsdag komen vieren”, vertelt de voorzitter.
‘Beter dan Eindhoven’
Darius en zijn vriendin komen wel uit de buurt, Helmond, maar kiezen er bewust voor om in Deurne de verjaardag van de koning te vieren in plaats van in Eindhoven. “Dit is beter dan Eindhoven. Daar kun je je auto niet eens kwijt. Hier heb je ook alles voor een leuke dag: lekker eten, een grote rommelmarkt en veel terrasjes.”
Het wordt moeilijk om daarop nog een plekje te bemachtigen, want om twee uur ’s middags zit alles bomvol. Er is nog een andere optie voor bezoekers die trek hebben, het Foodtruckplein. De parkeerplaats achter de Kerkstraat is omringd met eettentjes op wielen, van pizza tot pulled pork en van pincho tot pollo. In het midden wordt gretig gebruik gemaakt van de picknicktafels.
Tekst gaat verder onder de video.
‘Eenmaal, andermaal’
Ook in de straten waar de slingermarkt staat opgesteld kun je over de koppen lopen. Op het Wolfsbergplein staan veel kraampjes van jeugdige verkopers met papa of mama die op de achtergrond een oogje in het zeil houdt. In sommigen schuilt een echte marktkoopman: “Bakjes waar je dingen in kunt stoppen voor maar vijf euro! Eenmaal, andermaal..!”
Romy van vijftien staat op de hoek van het plein. Hij heeft al vaker meegedaan maar nog nooit met zijn zelfgemaakte graffiti schilderijen. Zijn werk beeldt planeten en de zonsverduistering uit. “Ik wil kijken wat de mensen ervoor over hebben. Dat valt me niet tegen. Ik heb er al zes van de veertien verkocht. Van het geld koop ik nieuwe spuitbussen en canvas.”
Een bakfiets met trommels
Verderop stroomt de Markt vol met mensen die nieuwsgierig zijn naar het verrassingsoptreden van vandaag. Stipt om drie uur rijdt een bakfiets met twee jongens het plein op. Er komen trommels uit tevoorschijn en voor het publiek het door heeft, komen van alle kanten muzikanten en klinkt het ritmische refrein van ‘We will rock you’.
Het is de opmaat naar een kwartier lang muziek gespeeld door bijna alle leden van de Koninklijke Harmonie Deurne. De vereniging viert dit jaar haar 150-jarig bestaan en laat dit natuurlijk niet ongemerkt voorbijgaan. Op de melodie van ‘Ode an die Freude’ brengen ze hun eigen jubileumlied ten gehore.
Aan aandacht geen gebrek voor de Deurnese harmonie. Naast Omroep Brabant en diverse lokale media leggen ook veel amateurfilmers het tafereel vast. Na het nummer ‘We are the champions’ verlaten de muzikanten onder luid applaus het plein, ondertussen schouderklopjes en complimenten in ontvangst nemend.
Nieuwe traditie?
Aan de andere kant, recht voor de kerk, wordt dan weer begonnen met ‘Trek de Truck’, een nieuw onderdeel van Koningsdag in Deurne. Teams van vijf mensen moeten een rallytruck van 10.500 kilo enkele tientallen meters vooruit trekken.
“Het moet nog een beetje bekendheid krijgen”, zegt Bob Creemers van de organisatie. “Er komen wel veel kijkers op af, maar de drempel om zelf mee te doen, is voor de meesten te groot.” Toch staan er aan het einde van de middag achttien teams op het scorebord genoteerd. De snelste is ‘De Fles 2’ met 20.56 seconden op de teller.
“Voor een eerste keer zijn we tevreden. Volgend jaar doen we het weer. Misschien dat we dan ook een variant voor kinderen maken, want die willen ook graag meedoen.” Zo wordt er misschien weer een nieuwe traditie toegevoegd aan de viering van Koningsdag in Deurne.
Foto’s: Harold van der Burgt/Josanne van der Heijden
