Bijna een week na de grote brand bij afvalverwerker Attero in Deurne zorgen smeulende resten nog steeds voor geur- en rookoverlast. Maandagavond ging de brandweer rond 18.00 uur opnieuw naar het uitgebrande pand om na te blussen. Dat het vuur na zes dagen nog steeds voor problemen zorgt, leidt bij omwonenden tot groeiende ongerustheid en speculaties over welke materialen er zijn verbrand.
“De resten smeulen nog na. Door wind en regen komt er opnieuw rook vrij. Dat geeft geuroverlast”, zegt de gemeente. Die meldt ook dat eerder nog niet alle resten konden worden gedoofd vanwege instortingsgevaar van het pand, maar dat deze maandag uit het gebouw zijn gehaald en ook geblust zijn: “Vanaf dinsdag neemt geuroverlast af.”
Provincie
Voor verdere informatie verwijst gemeente Deurne naar de provincie: “Zij gaan over de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving. Zij gaven de omgevingsvergunning af. De Omgevingsdienst Brabant-Zuidoost controleert regelmatig namens provincie Noord-Brabant of Attero zich aan de regels houdt. Daaruit blijkt dat zij de regels naleven.”
Toch neemt dat de zorgen bij bewoners van vooral de wijken Koolhof en Zeilberg niet weg. Anita Maassen probeert met haar actiegroep GFT (Geen Frisse Toekomst) al een paar jaar aandacht te vragen voor de vele bedrijven die op het industrieterrein werken met gevaarlijke stoffen: “Het gaat om een gebied dat vlakbij verschillende grote woonwijken ligt en een serieuze bedreiging vormt voor de volksgezondheid van tienduizenden mensen.”
‘Ontsnapt aan grote milieuramp’
Maassen heeft naar aanleiding van de brand bij Attero een brief gestuurd aan onder meer het Deurnese college van B&W en de gemeenteraad. Ook heeft ze de provincie, brandweer, omgevingsdienst, veiligheidsregio en Tweede Kamer aangeschreven. In haar betoog stelt ze dat ‘gemeente Deurne is ontsnapt aan een grote milieuramp door de brand bij het afvalverwerkingsbedrijf Attero’.
“Dit incident toont duidelijk aan dat het industrieterrein Kranenmortel een hoog veiligheids- en gezondheidsrisico is voor de buurtgemeenschappen Koolhof, Sint Jozefparochie en Zeilberg. De rook trok helemaal over deze wijken en asresten daalden neer bij veel mensen in hun tuin”, zegt Maassen. Daarbij benadrukt ze dat in de vergunning van Attero staat dat er meer dan alleen gft-afval mag worden verwerkt: “Zoals industrieel slib, stadsafval en een categorie onvoorzien.”
Veilig en gezond leefklimaat
De Deurnese die zelf ook in de wijk Koolhof woont, verbaast zich erover dat ondanks alle zorgen die worden geuit door omwonenden er niets veranderd aan de situatie: “De plicht voor een veilig en gezond leefklimaat voor alle inwoners wordt door de gemeente Deurne en de provincie blijkbaar niet echt serieus genomen.”
Ook een eerder rapport van geurexpert Cor Coenrady over de door de provincie verleende vergunning aan Attero leverde weinig ophef op. Dit tot grote teleurstelling van Maassen; “Hij concludeerde hierin dat onder meer de vastgelegde grenswaarde voor de geuremissie een schrijffout bevatte en daardoor een factor miljoen lager ligt dan de aangevraagde geuruitstoot.”
‘De neus’
Coenrady is gerechtelijk deskundige op het gebied van Omgevingsrecht, met als specialisme: lucht, geur en externe veiligheid. Hij staat bekend als ‘de neus’ en werd in het derde deel van Stank & Strijd van onderzoeksprogramma Zembla ook al ingeschakeld om de situatie bij Attero ter plekke in te schatten met behulp van zijn gecertificeerde reukorgaan.
Over de brand in de Deurnese compostfabriek zegt hij: “Ingezameld gft-afval bevat nogal wat stoorstoffen. Bij de meeste afvalbedrijven ontstaat een brand in de ontvangsthal of in de voorbewerking. Problemen met de elektrische installatie in samenhang met de aanwezigheid van veel neergedwarreld stof is een veel voorkomende oorzaak van brand. Wat mij opvalt is het feit dat de brand met name aan de achterzijde van het bedrijf heeft plaatsgevonden. Bij ingang 6 van de beladingshal.”
‘Burgemeester is primair verantwoordelijk’
Dat de gemeente de verantwoordelijkheid volledig afschuift op de provincie is volgens Coenrady niet helemaal juist: “De burgemeester van Deurne, mevrouw Buter, is op grond van de Gemeentewet en de Wet Veiligheidsregio’s, artikel 4 en 5, primair verantwoordelijk voor de bestrijding van de ramp. Zij dient de gemeenteraad en de bevolking te informeren over de oorzaak van een ramp, de bestrijding van de ramp en de gevolgen van de ramp.”
Over de oorzaak van de brand kan de geurexpert alleen maar gissen. Daarom vindt Maassen van de actiegroep dat er een gedegen onderzoek moet plaatsvinden. Daarbij wil ze ook weten hoe het kan dat een passant de eerste brandmelding deed en niet een brandmelder of de beveiliging. Ook de betrekkelijke lange periode tussen het tijdstip van het uitbreken van de brand en de verzending van het eerste NL-alert baart haar zorgen: “Hoe kan het dat de rook al zoveel woningen en scholen kon bereiken zonder waarschuwing?”
Laat NL-alert
Het NL-alert werd om 07.07 uur verstuurd, terwijl de grote rookwolk al om 06.25 uur over de wijken Koolhof en Zeilberg trok. “Zoals we mogen geloven van de veiligheidsregio zijn daar in dit geval gelukkig geen gevaarlijke stoffen bij vrijgekomen, maar dat had dus heel anders af kunnen lopen als dit wel het geval was geweest”, zegt Maassen.
Desondanks vindt ze dat duidelijk moet worden wat de effecten van de brand op de gezondheid van omwonenden zijn: “De rook blijft al dagen lang in de wijken hangen, ze niet kunnen ventileren en hierdoor slapen mensen slecht. Dit allemaal omdat er na bijna een week nog steeds overlast wordt ervaren als gevolg van de brand.”
‘Wat ligt daar precies?’
Ook Mischa Berlijn woont op korte afstand van het bedrijventerrein en wil graag opheldering over de oorzaak van het incident: “Wat ligt daar precies? Bewoners speculeren er lustig op los, maar van de gemeente hoeven we geen duidelijkheid te verwachten. Op de eerste dag van de brand bleef het oorverdovend stil vanuit het gemeentehuis. En ook daarna was de communicatie op z’n zachtst gezegd ondermaats.”
Net als Maassen heeft hij het gevoel dat de gemeente niet precies weet welke brandgevaarlijke stoffen er op haar grondgebied liggen opgeslagen. “Het is een schande dat de verantwoordelijkheid wordt afgeschoven op de provincie, simpelweg omdat die de vergunningen heeft verleend. Alsof de veiligheid en gezondheid van de eigen inwoners niet de allereerste prioriteit van een gemeentebestuur zijn”, zegt Berlijn.
Kettingreactie
Er was met de brand volgens Maassen van GFT een reële kans op een kettingreactie: “De brand woedde op slechts 20 meter afstand van mestsilo’s, gasflessen, asbest, batterijen en andere gevaarlijke stoffen op de milieustraat. Iets verderop zit op 50 meter afstand ook nog Metabel met zware metalen en een vergunning om radioactief afval op te mogen slaan.”
Hoewel het niet duidelijk is of er bij het bedrijf op dit moment nucleair afval wordt bewaard, leert navraag bij de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) dat dit op het terrein wel is toegestaan: “Metabel heeft inderdaad een vergunning voor handelingen met natuurlijke radioactieve stoffen. Die stoffen komen bijvoorbeeld voor in metalen waar Metabel mee werkt. De stoffen mogen ze twee jaar op een veilige manier opslaan. Daarna moeten ze de stoffen afvoeren.”
Wrange situatie
Zowel Maassen als Berlijn vinden het een wrange situatie dat het huidige bedrijventerrein al zoveel zorgen veroorzaakt en dat er vervolgens een uitbreiding van het industriegebied gaat plaatsvinden. “Terwijl de gemeente stuntelt met de nasleep van een brand op een bestaand industrieterrein, wordt met trots de uitbreiding van bedrijventerrein Kranenmortel-Zuid gepresenteerd. Acht hectare erbij, voor nieuwe bedrijven die de lokale economie moeten aanjagen”, zegt Berlijn.
“Daar is al sprake van een ongezonde en potentieel gevaarlijk situatie. En dan komt er nu nog zo’n gebied bij, dat ook nog eens dubbel zo groot wordt als de vier hectare waar in eerste instantie over gesproken werd”, zegt Maassen. De milieu-categorieën voor het nieuwe terrein liggen wel een stuk lager dan het huidige bestaande gedeelte, maar die staan nog steeds middelzware tot zwaardere industriële activiteiten toe.
Twee gezichten
Berlijn heeft het gevoel dat de gemeente twee gezichten heeft: “Een onzichtbaar gezicht als er problemen zijn en een promotend gezicht als er economische winst te behalen valt. En wat wordt er beloofd? ‘Geen tot weinig overlast’ voor de omwonenden. Hoe kun je als gemeentebestuur met droge ogen een toekomst zonder overlast beloven, terwijl je in het heden de verantwoordelijkheid voor precies diezelfde overlast volledig van je afschuift?”
Volgens de provincie moet Attero nu in een rapportage informatie verstrekken over de oorzaak en de gevolgen van de brand. Daarnaast moet het bedrijf uitleg geven over hoe het herhaling van zo’n incident gaat voorkomen. Hierbij wordt ook gekeken naar de werking van het veiligheidsplan en de naleving van de vergunningsvoorschriften.
Lees ook:
- Uitgebrand pand Attero niet meer te redden; brandweer nog lang bezig met nablussen
- Scholen en milieustraat in Deurne blijven dicht vanwege grote brand; ‘Er zit geen asbest in de roet of as’
- [VIDEO] Grote uitslaande brand bij bedrijf op industrieterrein Kranenmortel
- Vergunning uitbreiding Attero Deurne rammelt aan alle kanten volgens geurexpert Cor Coenrady
- Deurne krijgt er met Kranenmortel Zuid acht hectare bedrijventerrein bij, maar niet iedereen is daar blij mee
- Actiegroep opnieuw bezorgd: ‘Bedrijf op industrieterrein Kranenmortel mag radioactief afval opslaan’
Foto’s: Martien van Dam/Walter van Busssel/Theo Vermeulen/Zembla