Door het werk van Stichting De Droom kunnen tien jonge mensen met een beperking begeleid wonen in een gebouw aan het Crobachplantsoen in Deurne. Ze hebben elk een eigen appartement en er zijn ook gemeenschappelijke ruimtes. Eén van de bewoners die er met veel plezier verblijft is de 33-jarige Robin de Groot. Ondanks dat hij het syndroom van Down heeft, vindt hij zijn eigen weg, geniet hij volop van het leven en is hij beretrots op de dingen die hij doet.
Van zijn werk tot z’n hobby’s; Robin heeft een rijke wereld om zich heen. Zijn dagelijkse leven kent veel momenten van blijdschap. De steun van zijn dierbaren tovert elke keer weer een glimlach op zijn gezicht.
Brede glimlach
We spreken Robin op een moment dat het rustig is in huize De Droom. Van de negen medebewoners waren de meesten net aan het sporten en de begeleiders hadden een overleg. Een mooi moment om Robin eens te vragen wat hem allemaal bezighoudt en hoe het wonen bij De Droom bevalt. Hij komt aanlopen vanuit zijn eigen appartement naar de gezamenlijke ruimte. Hij gaat zitten met een brede glimlach en wrijvend in zijn handen wacht hij op de eerste vraag: “Ik ben er klaar voor!”
Hoewel Robin nu een fijne plek heeft in Deurne, komt hij oorspronkelijk niet hier vandaan. “Toen ik klein was, woonde ik met mijn ouders in Mierlo”, vertelt Robin. Hij herinnert zich nog dat hij en zijn twee oudere broers Wilbert en Martijn daar vaak buiten speelden en ze ook regelmatig naar het bos gingen. ‘Thuis’, zoals hij zijn ouderlijk huis nog steeds noemt, kijkt hij graag tv en dan vooral programma’s over dierentuinen. Inmiddels zit Robin op het puntje van zijn stoel en het enthousiasme straalt van zijn gezicht af: “Mijn favoriete dier is de neushoorn en de Beekse Bergen is mijn favoriete dierentuin.”
Lievelings juf
Toen hij klein was ging Robin ook in Mierlo naar school: “Ik had daar één beste vriendin, Idy. Daar speelde ik vaak mee op school, maar ook daarbuiten. Ze kon ook heel goed luisteren.” Zoals veel schoolgaande kinderen had ook Robin een voorkeur qua leerkracht: “Mijn lievelings juf was Chantal. Ze was leuk en lief en ze zag er mooi uit.” Ondertussen verschijnt er een verlegen lach op zijn gezicht. Op de vraag wat het leukste vak was, antwoordt hij stellig: “Taal!” Begrijpend lezen vond hij het minst leuk.
Na de basisschool ging Robin naar een school in Eindhoven. “Daar had ik een buddy die me hielp met dingen die ik moeilijk vond, zoals spelling. Dat vond ik best lastig”, aldus Robin. Ook tijdens het interview wordt hij geholpen door één van de begeleiders. Het is voor Robin niet altijd even makkelijk is om zich verbaal te uiten en daarom heef hij daar ook wat meer tijd voor nodig.
Verkering
Als we verder vragen naar bijzondere momenten, begint hij te glimlachen: “De overstap naar de school aan de Sterrenlaan in Eindhoven was echt het leukste en spannendste wat ik heb meegemaakt. Dat was zo’n mooi gebouw!” Ook had Robin een goede vriendin op school: “Dat was Sanne. We hadden verkering en wandelden vaak samen. Op school zag ik haar elke dag, nu minder.” Zijn blik verandert als hij eraan terugdenkt. De verkering is inmiddels voorbij, maar de herinneringen aan die tijd blijven Robin altijd bij.
“Ik ben het beste in het maken van tomatensoep en een vlaflip-toetje”
Bij school hoorde ook het stage lopen. Voor Robin ging daarbij een hele nieuwe wereld open. “Ik heb bijvoorbeeld tuinwerk gedaan, maar het leukste was werken bij een restaurant”, vertelt hij enthousiast. Het is dan ook niet voor niets dat hij inmiddels werkt bij twee restaurants: Het Eetpunt in Deurne en Brownies & Downies in Asten.
Er verschijnt een fonkeling in Robins ogen als hij over het contact met de gasten vertelt: “Bestellingen opnemen en koffie of gerechten uitserveren dat vind ik super om te doen. Bij Het Eetpunt sta ik vooral in de keuken. Ik ben het beste in het maken van tomatensoep en een vlaflip-toetje”, vertelt hij vol trots. Bij Brownies & Downies helpt Robin vooral mee in de bediening: “Dat vind ik allerleukste.”
Jan Smit en Guus Meeuwis
Naast zijn werk heeft Robin ook verschillende hobby’s. “Thuis schrijf ik vaak in mijn schrift”, legt hij uit. Daarbij zet hij soms zelfs toneelstukjes op papier. En het blijft niet alleen bij schrijven, want hij speelt ook zelf in toneelvoorstellingen: “Nu oefen ik voor een belangrijke rol: Troll Oro.” Ook van voetbal kan Robin enthousiast worden. Hij kijkt er graag naar op tv en zijn favoriete clubs zijn PSV en Barcelona.
Verder speelt muziek een grote rol in zijn leven: “Ik luister graag naar Jan Smit en Guus Meeuwis”. De concerten van één van zijn twee idolen heeft hij al meerdere keren bezocht. “Guus Meeuwis heb ik al een paar keer in het echt gezien, onder andere in Eindhoven en in de schouwburg in Tilburg.” Toch is het meest bijzondere optreden dat Robin ooit bijwoonde niet van de artiesten waar hij fan van is. Het blijkt Funpop te zijn; een festival speciaal voor mensen met een beperking. “Dat was echt heel gaaf om mee te maken.”
Vakantie
Robin gaat graag met het hele gezin op vakantie naar de Belgische Ardennen. “Iedereen gaat dan mee, dat is altijd gezellig.” Ook zijn broers en hun gezinnen sluiten bij de tripjes aan. “Mijn broers zijn getrouwd en ik heb twee neefjes. Van één ben ik zelfs peetoom”, glundert Robin van oor tot oor. Tijdens de vakanties trekken ze er veel op uit. “We wandelen vaak in de natuur, dat vind ik het leukste om te doen.”
Iemand die niet mee op vakantie gaat, maar wel heel belangrijk is voor Robin, is zijn vriendin Marieke. “We hebben nu bijna vijf jaar verkering”, zegt hij met een glimlach. “We zien elkaar regelmatig en gaan dan samen wandelen en kletsen. Ze is heel lief”, vertelt hij.
Beste vrienden
Ook de andere bewoners van De Droom zijn allemaal vrienden, legt Robin uit: “We doen samen veel leuke dingen. Samen lunchen, op stap gaan en bordspelletjes spelen.” Toch is er één persoon die eruit springt. “Mijn beste vriend hier is Stef. Met hem kijk ik graag samen naar voetbal.” Robin benadrukt dat hij buiten De Droom ook nog maatjes heeft: “Met Martijn, mijn eerste beste vriend, en Roman, mijn tweede beste vriend, maak ik veel uitstapjes. We gaan ook regelmatig bij elkaar op bezoek. Dat is altijd gezellig.”
Wat Robin het meeste blij maakt, is zijn gezin en familie: “Vooral mijn oom en tante van vaders kant maken me altijd heel blij”. Toch zijn er ook wel eens momenten dat hij verdrietig is. Bij de vraag hoe dat voor hem is, wil Robin dat liever in zijn eigen appartement uitleggen.
Daar vertelt hij dat dan zijn hoofd snel ‘vol zit’. Gelukkig hebben de begeleiders daar een oplossing voor gevonden. Robin legt uit: “Dat is mijn ‘los-laat-doosje’.” In vertrouwen laat hij de kaartjes uit het doosje lezen. Ze staan volgeschreven met dingen waar hij soms verdrietig van wordt. “Nu zitten ze in mijn ‘los-laat-doosje’ en zijn ze uit mijn hoofd weg”, zegt hij gerustgesteld.
OGENE
Gelukkig is het leven van Robin voor het overgrote deel gevuld met dingen waar hij juist blij van wordt en waar hij trots op is. Iets waar hij van vindt dat het zeker ook in het interview vermeld moet worden, is zijn ontmoeting tijdens een Koningsnacht in Deurne met meidengroep OGENE. Hij mocht backstage met de zangeressen een praatje maken. “Ik ben fan van hen”, zegt Robin terwijl hij weer van oor tot oor straalt. “Amy vind ik de leukste. Tijdens de ontmoeting heeft ze me zelfs op de wang gekust!”
Foto’s: Josanne van der Heijden