Het duurt nog een kleine twee weken voordat het pop-up-museum opent in de kelder van Cultuurcentrum Deurne, waarin de volledige historie van carnavalsstichting De Peelstrekels is te zien. Toch wordt er al weken hard gewerkt in de ruimte om alle attributen en informatie te verzamelen en deze op een aantrekkelijke manier tentoon te stellen. Die voorbereidingen hebben gezorgd voor vele ontdekkingen, waarvan sommige zelfs de leden van de Peelstrekels verrasten.

Zaterdag 18 november wordt het museum officieel geopend en kunnen bezoekers een kijkje nemen in het rijke verleden van De Peelstrekels die dit jaar 66 jaar bestaan. Van de persoonlijke steken en de scepters van de prinsen tot de eerste medaille uit 1958 zijn te binnenkort te bezichtigen.

Eerste medaille
Ivan van Oosterhout van de commissie Historie & Archief van de carnavalsstichting vertelt dat er bij het verzamelen van informatie en materialen ook bijzondere verhalen en objecten zijn ontdekt. “Het ontstaan van de eerste medailles van De Peelstrekels is een mooi voorbeeld. Als je hem zo bekijkt, valt in eerste instantie alleen op dat ze wat betreft het uiterlijk erg eenvoudig zijn. Als je het verhaal er achter weet, kijk je er ineens met heel andere ogen naar.”

In de begintijd van de carnavalsclub moest er volgens Van Oosterhout met de nodige creativiteit gepionierd worden: “Er was nog helemaal niets, dus elk ‘wiel’ moest nog helemaal worden uitgevonden. Zo bestonden er nog geen medailles van De Peelstrekels. Die laten maken door een gespecialiseerd bedrijf was in die tijd nog erg duur. Dus dan maar werken met wat je hebt, moeten de leden destijds hebben gedacht.”

Rolschaatsen
Op de voorkant van de eerste medaille prijken het gemeentewapen van Deurne en wat rode en blauwe versiersels die op confetti lijken. “Het is een rond rvs-plaatje dat Hein Smeets via zijn zwager had geregeld die toen werkte bij de machinefabriek van Rüti Te Strake. Daar maakten ze destijds rolschaatsen, waarvoor dit soort plaatjes nodig waren. Die mochten ze dus een aantal hebben om de eerste exemplaren mee te maken”, legt Ivan van Oosterhout uit.

De medailles moesten natuurlijk als onderscheiding wel een officiële uitstraling hebben. Daarvoor moest het gemeentewapen dienen, dat op de medaille te zien is en met opmerkelijk veel detail en vakmanschap is gemaakt, in tegenstelling tot de rest van de plaquette. “Daar is een hele simpele verklaring voor”, vertelt Van Oosterhout lachend. “In die tijd kon je bij warenhuis Wasser koffie- en theelepeltjes kopen die aan het uiteinde van de steel het wapen van de gemeente Deurne hadden zitten. Die werden er dus vakkundig afgezaagd en op de medaille gesoldeerd. Als je goed aan de onderkant kijkt, zie je nog een stukje van het lepeltje zitten.”

Lettertang
Ook voor de rest van de vormgeving van de eerste Peelstrekelmedaille moesten de leden eind jaren ’50 inventief zijn. “Op de achterkant moesten de naam komen staan van wat toen nog een vereniging was. Daarvoor werd toen gewoon zo’n Dymo-lettertang gebruikt en die zelfklevende stroken werden op het stalen plaatje geplakt. Ook de versieringen op de voorkant zijn afkomstig uit die lettertang. Daarvoor werden er vierkantjes, rechthoeken, cirkels en driehoeken geknipt uit de letterstrip en werden deze decoratief aangebracht op de allereerste medaille van De Peelstrekels”, zegt Ivan van Oosterhout.

Het pop-up museum wordt zaterdag 18 november officieel geopend door burgemeester Greet Buter en de nieuwe prins van de carnavalsstichting. Hierbij zijn ook de oud-prinsen en de raad van 11 aanwezig en zorgen de Hôsbengels voor de muzikale omlijsting. De tentoonstelling is van 18 november 2023 tot en met 3 februari 2024 elke zaterdag van 13.00 tot 16.00 uur te bezichtigen in de kelder van Cultuurcentrum Deurne.

Foto: Ivan van Oosterhout